Categorieën
7. Derde Tussenperiode

Dynastie XXI

Canopische kruik van Smendes, de eerste koning van XXI. Een canopische kruik, of voor andere koningen een kist, werd gebruikt om de organen van de mummies in te bewaren. In deze kruik zat Smendes’ lever. 1

Inleiding

XXI is een dynastie uit Tanis, in het oosten van de Delta. Minstens in de tijd van Psusennes I (900-851) en Siamun (839-820) heersten haar koningen ook over Memphis, maar er is maar weinig van hen teruggevonden. Veel monumenten die aan hun tijd worden toegeschreven noemen zelfs de namen van de koningen niet. 2

Ondanks die handicap kunnen ze uitstekend gedateerd worden. Een van hen wordt zelfs, zonder naam, dat wel, in de Bijbel genoemd.

Tegelijk met dynastie XX

In mijn ingekorte chronologie eindigde dynastie XX op zijn vroegst in 842, maar begon XXII al in 819/8; daar is geen plek voor alle 140 jaar van XXI. De enige mogelijke oplossing voor dit gegeven is als deze dynastie tegelijk regeerde met XX, en niet, zoals weleens werd en wordt voorgesteld, met XXII. Het duidelijkst hierover is de Bijbel. Deze noemt “de koningen van de Egyptenaren” in de tijd van Joram van Israël (852-841) (2 Kon 7:6). Als XXI tegelijk met XXII regeerde waren ze in Jorams tijd nog niet aan de macht, en heerste Ramses XI (876-minstens 841) alleen.

De farao’s van deze post regeerden in Tanis, in Beneden-Egypte; in het graf van Psusennes I daar werd onder andere Shoshenq IIa van XXII (799/88-) (her?)begraven 3. Dat lijkt me onmogelijk als XXI nog aan de macht was.

In jaar 3 van een Osorkon werd in Karnak, het tempelcomplex bij Thebe in Boven-Egypte, een priester gewijd, wiens vader was gewijd in jaar 11 van een Psusennes. Dit kan alleen Psusennes II zijn, want I wordt alleen bij naam genoemd in Tanis, namelijk in tempelruïnes en zijn graf 4. Priesters werden bovendien gewijd tijdens nieuwe maan. Van de twee Osorkons die in aanmerking komen, I (799-784) en II (787/6-minstens 759), heeft II geen mogelijke link met nieuwe maan. Psusennes II regeerde 35 jaar, dus als vader en zoon priester niet veel scheelden, moet het eind van dynastie XXI rond het eind van Osorkons regering worden gezocht.

Drie genealogieën

Een andere reden om de tijd tussen Ramses II (1043-977) en de Derde Tussenperiode in te korten, wat mogelijk is door XXI naast XX te plaatsen, is genealogie. Er zijn drie grote stambomen bekend met voorouders die met zekerheid in Ramses II’s tijd gedateerd kunnen worden. Zelfs voor de Derde Tussenperiode zijn dit hele lange stambomen.

Als eerste is de genealogie van Ankhefensekhmet. Hierin wordt Shedsunefertum, een hogepriester van Memphis die bekend is uit de tijd van Siamun (839-820) 5 en Shoshenq I (819/8-797) 6, drie generaties na Pipi geplaatst, die volgens zijn nakomeling Ankhefensekhmet net als zijn vader en opa (hoge)priester was in de tijd van Psusennes I (900-851). Opvallend aan deze genealogie is dat Ashakhet, Pipi’s overgrootvader en hogepriester van Memphis onder Amenemnisu (899-895), de kleinzoon was van Neferronpet, hogepriester van Memphis aan het eind van Ramses II’s regering (1043-977). Dynastie XX wordt hier compleet genegeerd.

De tweede is de genealogie van Khnemibre. 7 Khnemibre was een architect, die in jaar 26 van Darius I (496/5) in de Wadi Hammamat een inscriptie plaatste, met daarin een lijst van 22 voorouders. De vroegste voorvader, Rahotep, was vizier onder Ramses II; zijn nakomeling in de 7e generatie, Amenhorpamesha, was priester van Amun in de tijd van dynastie XXI. Zolang hij aan het begin van XXI leefde past dit in de standaardchronologie. Maar slechts drie generaties later was Horemsaf vizier in jaar 21 van Shoshenq I (798). Daar mist 100 jaar. Zelfs in mijn chronologie is meer dan genoeg ruimte voor Khnemibres familie: met een gemiddelde generatielengte van 20 jaar blijft er tijd over voor een paar oudere vaders. Als Khnemibre geboren werd rond 550 werd Rahotep dat namelijk uiterlijk rond 990.

Als derde is er de genealogie van Basa, een derde profeet van Hathor van Dendera. 8 Hij leefde aan het einde van XXII of XXIII, wat in mijn chronologie 700/660 is. Op een standbeeld noemt hij 25 voorouders van zijn vaders kant. Daarvan werd de 19e generatie, Nebwenen(ef), door Ramses II aangesteld als hogepriester van Amun in jaar 1 (1043/2). Veel van deze voorouders hebben dezelfde titels, dus de meesten zullen de oudste zonen zijn geweest. Als Nebwenenef net als Bakenkhons 58 was toen hij hogepriester werd, werd hij geboren in 1101/0. 19 generaties van gemiddeld 20 jaar geeft omstreeks 720 als het geboortejaar van Basa. Hij was dan omstreeks 60 in de tijd van zijn standbeeld.

The Old Chronicle

Syncellus citeert uit een zekere The Old Chronicle dat deze dynastie 121 jaar bestond, voor 6 generaties. Dit is kennelijk uitgezonderd een van de zeven koningen. De 121 lopen tot 804, de tijd van Shoshenq I.

Hogepriesters van Amun

De hogepriesters van Amun onder dynastie XX leveren een paar chronologische problemen op, die pas opgelost worden wanneer je dynastie XXI ongeveer tegelijk met XX laat beginnen. Voor de problemen en de weg naar de oplossing daarvan, zie deze post.

Smendes

Hedjkheperre Setepenre Nesubanebdjed Meryamun
925-899

Manetho:

  • Africanus: Smendes, 26 jaar
  • Eusebius: Smendis, 26 jaar
  • Jerome: Smendis, 26 jaar

Smendes is de Griekse versie van Nesubanebdjed. Mogelijk voor praktische redenen wordt hij meestal Smendes genoemd.

Manetho geeft volgens alle overgebleven versies precies 130 jaar aan dynastie XXI. Dat getal zal daarom kloppen, maar kan met 10 worden verhoogd; in alle overgebleven versies heeft Psinaches (Siamun) namelijk niet 19, maar 9 jaar. Smendes regeerde daarom 140 jaar voor Psusennes II, 925-785. Zijn regering sluit dan direct aan op die van Amenemnisu. Amenemnisu’s jaartallen zijn berekend zonder naar het totaal van de dynastie te kijken.

Naast de koningslijsten is Smendes alleen bekend van een paar standbeelden, kleinere vondsten en de vermelding van reparatiewerkzaamheden aan de tempel van Luxor. In Thebe wordt hij slechts één keer vermeld, in een tekst die bij een scène van Seti I is gepropt. 9

Relatie met Egypte

Hij is mogelijk de rebel van Ramses IV (906-900). Dat kan verklaren waarom dynastie XXI naast XX kon bestaan, zonder dat er veel oorlog lijkt te zijn tussen beide.

Amenemnisu

Neferkare Heqawaset Amenemnisu Meryamun
899-895

Manetho:

  • Africanus: Nephercheres (Nephelcheres), 4 jaar
  • Eusebius: Nephercheres, 4 jaar
  • Jerome: Nephercheres, 4 jaar
  • Book of Sothis: 65. Nephercheres, 6 jaar

Voor zijn datering, zie Psusennes I. Ze zullen samen hebben geheerst, want hun cartouches zijn samen gevonden in het graf van Psusennes I in Tanis. 10

De vijand in Thebe

Amenemnisu’s naam Heqawaset betekent heerser (heqa) van Thebe (Waset). Dat is een reden om hem te plaatsen als heerser van Thebe, maar daar heersten daar op dit moment Ramses V (900-896) en VI (896-888). Het is deze naam die van Amenemnisu een kandidaat maakt voor de vijand bij Thebe uit 895.

Psusennes I

Aakheperre Setepenamun Pasebakhaenniut Meryamun
900-851

Manetho:

  • Africanus: Psusen(n)es I, 46 jaar
  • Eusebius: Psusennes, 41 jaar
  • Jerome: Pseusennes, 41 jaar
  • Book of Sothis: 63. Psuenus, 25 jaar

Naast de 46 en 41 jaar die Africanus en Eusebius aan hem geven, is nog een jaar 49 van hem bekend; zie Amenemope. Het lijkt nu misschien onmogelijk om hem te kunnen dateren, maar deze drie getallen geven juist een reden waarom Amenemnisu volgens Manetho na hem regeerde, en volgens de genealogie van Ankhefensekhmet voor hem.

Het verschil tussen 46 en 49 zijn de 3 jaar die Psusennes samen heerste met Amenemope (854-851). Deze co-heerschappij zit logischerwijs ook niet in de 41 jaar, die daarom begonnen in 895, 5 jaar voor Psusennes’ kroning volgens Africanus. Als in dat jaar Amenemnisu’s 4 jaar geëindigd waren heerste Psusennes 1 jaar voordat Amenemnisu 4 jaar lang zijn co-heerser werd.

Archeologie

Uit Psusennes I’s tombe in Tanis komen twee gouden kommen, die de oudst bekende exemplaren zijn van een type dat in Assyrië pas voorkomt vanaf de 9e eeuw. Dit type werd bedacht in Egypte en pas later in het Midden-Oosten gebruikt. In de standaardchronologie wordt Psusennes gedateerd op de tweede helft van de 11e eeuw en is er geen bewijs voor dit type kom in de volledige 10e eeuw. 11 Een datering van Psusennes I in de 9e eeuw, zoals hier, past beter bij de Assyrische datering van dit type kom.

De koning van Musri

Een niet bij naam genoemde koning van Musri stuurde in 853 1000 soldaten om, samen met onder andere Achab van Israël (874/3-853) en Benhadad van Syrië, tegen Šalmaneser III te vechten bij Qarqar. Volgens Kitchen was Musri niet een onbekend rijk in Arabië of Anatolië was, maar Egypte. 12

In mijn chronologie is deze koning Ramses XI (876-minstens 841) of Psusennes I. Wat voor Psusennes I spreekt is een van de lapis lazuli-kralen uit de kraag op zijn mummie. Die kraal was gegraveerd in spijkerschrift voor de niet bij naam genoemde oudste dochter van grootvizier Ibašši-ilu van Assyrië. 13 Volgens een zekere Borger hoort deze kraal, gebaseerd op de paleografie en spelling, waarschijnlijk in de periode van Tiglath-Pileser I (959-922) tot Assur-bel-kala (919-902) thuis. 14 Deze kraal kan eind 10e eeuw zijn gemaakt, door mogelijk de zoon van deze dochter meegenomen naar Qarqar en daar zijn buitgemaakt door soldaten van Psusennes.

Pinudjem

Khakheperre Setepenamun Pinudjem Meryamun
(876)-851

Pinudjem komt niet voor in de bekende koningslijsten van dynastie XXI. Ik heb hem toch ertussen geplaatst omdat hij de vader is van Psusennes I.

Hij was een hogepriester van Amun die later koning werd. Voor zijn datering en vele nakomelingen, zie hier.

Amenemope

Usermare Setepenamun Amenemope Meryamun
854-845

Manetho:

  • Africanus: Amenophthis, 9 jaar
  • Eusebius: Amenophthis, 9 jaar
  • Jerome: Amenophis, 9 jaar
  • Book of Sothis: 64. Ammenophis, 9 jaar

Hij begon als co-heerser van Psusennes I. Op een mummiewindsel uit Deir el-Bahri staat hij namelijk vermeld met een jaar 49, wat volgens Kitchen een dubbele datering kan zijn: “[jaar X van] koning Amenemope; jaar 49 [van Psusennes]”. 15 Deze verklaring van het hoge jaartal kan worden gecombineerd met het anonieme jaar 4 van de Papyrus Brooklyn 16.205, dat volgt op jaar 49 van een eerdere koning. Deze papyrus dateert van ergens na dynastie XIX. 16 Jaar 49 wordt daarnaast vermeld op een mummie uit Deir el-Bahari en in een tombe in Kom Ombo. 17 Psusennes I is de enige koning tussen Ramses II (1043-977) en Psamtik I (664-610) die minstens 40 jaar regeerde. Het betekent dat Amenemnisu 3 jaar zijn co-heerser was.

Menkheperre

Usermaatre Setepenamun Hem-netjer-tep-en-Amun Menkheperre
851-(849)

Net als Pinudjem staat hij niet in de bekende koningslijsten van XXI. Hij staat hier alleen tussen omdat hij een broer was van Psusennes I. Voor zijn precieze datering, familie en een mogelijke reden dat hij niet door zijn nakomelingen erkend werd als koning, zie hier.

Relatie met Egypte

In 876, het jaar dat Menkheperre gewijd werd tot hogepriester van Amun, versloeg hij een tegenstander in Thebe. Voor de identificatie van deze tegenstander met Ramses XI (876-minstens 841), zie hier.

Osorkon

Aakheperre Setepenre (Setepenamun) Osorkon Meryamun
845-839

Manetho:

  • Africanus: Osochor, 6 jaar
  • Eusebius: Osochor, 6 jaar
  • Jerome: Osochor, 6 jaar
  • Book of Sothis: mogelijk 66. Saïtes, 15 jaar

Hij wordt ook wel Osorkon de Oudere genoemd, om hem te onderscheiden van Osorkon I, II, III en IV. Dat Osochor in het Egyptisch Osorkon is werd namelijk pas ontdekt toen zij al een nummer hadden. 18

Op I shemu 20 in jaar 2 van Aakheperre Setepenre [Osorkon], werd [Nes]paneferhor, de zoon van Iufenamun, gewijd tot priester. 19 Priesters werden gewijd tijdens het Tepi Shemu-festival, dat gevierd werd met nieuwe maan en vijf dagen duurde; op I shemu 19, 5 december 844, was het nieuwe maan.

Siamun

Netjerkheperre Setepenamun Siamun Meryamun (Nesutsiamun)
20 januari/17 november 839-820

Manetho:

  • Africanus: Psinaches, 9 jaar
  • Eusebius: Psinaches (Armeens: Psinnaches), 9 jaar
  • Jerome: Psinaches, 9 jaar
  • Book of Sothis: 67. Psinaches, 9 jaar

Farao Siamun wordt traditioneel geïdentificeerd met Psinaches van Manetho, van wie niks gevonden is. 10 Het verschil tussen 9 en 19 wordt meestal uitgelegd als een missende iota, de kleinste Griekse letter, die gebruikt werd voor 10. 20 Dat past bij alles wat van Siamun bekend is.

Volgens Chris Bennett 21 kan ene Karimala, met de titels grote koninklijke echtgenote en dochter van een koning, die vermeld wordt op een reliëf in de tempel van Semna in Nubië, de echtgenote van Siamun zijn geweest en de dochter van zijn voorganger, Osorkon. Volgens hem was haar naam Libisch. De inscriptie dateert van een jaar 14, dat dan van Siamun was (826/5). Dat zou verklaren waarom Siamun Osorkon opvolgde.

Maandateringen

III shemu 5 in jaar 14 van [Si]a[mun] wordt vermeld in de priesterlijke annalen van Karnak, na een regel over hogepriester van Amun Pinudjem (II), de zoon van Menkheperre. 22 Wat er gebeurde op deze datum is helaas niet bewaard gebleven. In mijn chronologie is dit 16 januari 825, een dag na nieuwe maan; het zal de datum van een priesterwijding zijn.

Op I shemu <1> in jaar 17 van Siamun werd Hori tot priester gewijd; Hori’s vader Nespaneferhor werd gewijd in jaar 2 van Osorkon. 19 Dit is 12 november 823, een dag voor nieuwe maan. De priesterwijding kwam dan een dag te vroeg. Dat kan, want in november en december was het weer in Thebe niet altijd goed genoeg om goede observaties van de maan te doen 23.

Siamun werd daarom gekroond tussen III shemu 6, 20 januari 839, en I shemu 2, 17 november 839.

Orakels van Pinudjem II

In de Djehutymose inscription 24 staan een serie orakels van hogepriester van Amun Pinudjem (II), die worden gedateerd tussen jaar 2 en 5 van een koning wiens naam niet bewaard is gebleven. Pinudjem was hogepriester tussen 851/45-830; de koning was daarom Amenemope, Osorkon of Siamun.

Voor wie van chronologie houdt is het interessantste orakel nummer 6, dat gedateerd is op I shemu 10 in jaar 3. Dit was de vierde dag na nieuwe maan. Het nummer 10 werd getranscribeerd door Édouard Naville en is vandaag niet meer leesbaar. Als hij het verkeerd las, zijn werk is volgens Edward Wente niet altijd van even goede kwaliteit 25, was het volgens Rita Gautschy dag 8, 9 of 10 26. De bijbehorende nieuwe maan was daarom I shemu 4, 5 of 6.

Osorkon valt meteen af, want in zijn jaar 3 was nieuwe maan I shemu 8, 24 november 843. Amenemope heeft een nieuwe maan op I shemu 4, 22 november 851, maar dat zit net, of bijna, een jaar scheef met zijn beginjaar. Deze orakels zullen daarom van Siamun zijn geweest. In zijn jaar 3 was het nieuwe maan op I shemu 4, 18 november 837.

Relatie met Israël

Siamun was niet Salomo’s schoonvader.

Er bestaat een triomfscène van Siamun Meryam[un] in een tempel in Tanis, waarop hij klaarstaat om een groep gevangenen(?) te slaan. Hij is de enige koning in XXI waarvoor bewijs bestaat dat hij in de Levant was. Het wapen van de gevangenen(?) lijkt niet op de bekende wapens uit Israël, maar wel op de wapens van het Egeïsche gebied. Het kan dus een strijd tegen de Filistijnen zijn. Kitchen, een sterke aanhanger van de standaardchronologie, schrijft dat hij hierbij mogelijk Gezer veroverde en daarom Salomo’s schoonvader was. 27

De Filistijnen waren in Siamuns tijd onafhankelijk (2 Kon 8:2-3, 2 Kro 17:11, 21:16) en het is voor zover bekend pas Uzzia (783-732/1) die tegen hen streed (2 Kro 26:6-7). Over een Egyptische inval wordt niks gezegd in de Bijbel, maar er is ruimte voor.

Psusennes II

Tyetkheperre Setepenre (Hor-)Pasebakhaenniut Meryamun
22 september/23 november 820-785

Manetho:

  • Africanus: Psusennes (Susennes), 14 jaar
  • Eusebius: Psusennes, 35 jaar
  • Jerome: Pseusennes, 35 jaar

Op I shemu 13 in jaar 11 van Psusennes (II) werd Nesankhefenmaat gewijd als priester. Zijn zoon Hor werd in de volgende regel gewijd in jaar 3 van een Oso[r]k[on], die Osorkon I (799-784) zal zijn. 28 De bijbehorende nieuwe maan was die van I shemu 12, 20 november 810.

Een jaar 13 met de datum III peret 10 wordt vermeld na de wijding van priester Hori, uit de regering van Siamun. 19 In de vertaling staat “summer” (shemu), maar in de transcriptie pr.t (peret). Wat er gebeurde op die datum is onbekend, maar in Psusennes’ regering kan dit alleen III peret 10 zijn, 18 september 807, de datum van nieuwe maan. Het is dan waarschijnlijk de datum van een priesterwijding.

Gebaseerd op deze twee dateringen werd Psusennes II gekroond tussen III peret 11, 22 september 820, en I shemu 13, 23 november 820. Hij regeerde dan ongeveer tegelijk met Shoshenq I. Beide koningen worden vermeld op tombe A.18 in Thebe 29, wat weleens gezien wordt als bewijs daarvoor. De tekst was al flink beschadigd toen hij in 1828 n.Chr. werd overgeschreven, en is nu helaas verloren gegaan. Het deel dat Dodson kon vertalen ging over iemands promotie en: “He was rewarded again, by the Lord of the Two Lands, the Dual King, Hedjkheperre (Shoshenq I)”. Het enige wat dit dus bewijst is dat Shoshenq na Psusennes kwam.

Psusennes II werd begraven in de tombe van Psusennes I, maar tijdens het openen van de tombe was zijn doodskist al bijna volledig vergaan. In dezelfde kamer lagen ook Siamun en Shoshenq IIa. Naast dit graf is er van Psusennes II niks gevonden in de Delta. Zijn monumenten komen allemaal uit Abydos en Karnak. 30 Hij was waarschijnlijk niet de Psusennes die hogepriester was in zijn tijd. Dat hij wel de titel hogepriester had 31 kan betekenen dat hij hogepriester Psusennes was opgevolgd. Voor de details, zie hier.

Manetho

Van hem is een jaar 13 bekend, dus Africanus’ 14 jaar zal hij minimaal hebben bereikt. Maar hij kan Eusebius’ 35 jaar hebben bereikt. De jaren 23 en 33 die samen met Osorkon I (799-784) worden vermeld, kunnen in mijn chronologie alleen van een collega zijn. Zijn ze van Psusennes II, dan wordt het 798/7 en 788/7. Dat is slechts een paar jaar voordat hij op Eusebius’ telling stierf.

In een jaar 28 uit de periode van Shoshenq I en Osorkon I wordt een “koningszoon van Ramses” vermeld. Dit is logischerwijs ook van Psusennes II, 793/2. Zijn zoon, Shoshenq IIc, werd koning in 786/5, wat precies het eindjaar is van Psusennes’ regering als Eusebius’ 35 jaar voor hem kloppen.

laatste wijzigingen:
27 januari 2023: toegevoegd de datering van Psusennes I’s kraal
13 juli 2023: toegevoegd de notitie over Psusennes II’s zoons troonsbestijging in 786/5 en de alinea die begint met zijn begrafenis
4 oktober 2023: toegevoegd de datering van twee kommen uit Psusennes I’s tombe

  1. By Metropolitan Museum of Art, New York, CC0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=57255330 []
  2. Ritner (2009), hoofdstuk II []
  3. Ritner (2009), p. 269-270 []
  4. Ritner (2009), p. 129 []
  5. Alan R. Schulman, Two Unrecognized Monuments of Shedsunefertum, in Journal of Near Eastern Studies, vol. 39 no. 4 (okt. 1980), p. 304 []
  6. TIP, § 90 []
  7. Karl Jansen-Winkeln, The Relevance of Genealogical Information for Egyptian Chronology, in Ägypten und Levante 16 (2006), p. 260-261 []
  8. Ritner (2009), p. 25-30 []
  9. James en Morkot (2010), p. 244 []
  10. TIP, § 3 [] []
  11. Shmuel Aḥituv en Ahimai Mazar, The Inscriptions from Tel Reḥov and their Contribution to the Study of Script and Writing during Iron Age IIA, in “See, I will bring a scroll recounting what befell me” (Ps 40:8), Epigraphy and Daily Life from the Bible to the Talmud (2013), p. 55, met voetnoot 68 []
  12. TIP, § 285, voetnoot 454 []
  13. TIP, § 223. De inscriptie. []
  14. RIMA 2, p. 112 []
  15. TIP, § 29 []
  16. TIP, § 83 []
  17. Lull (2009), p. 246 []
  18. TIP, § 505 []
  19. Fragment 3b van de priesterlijke annalen van Karnak, in Ritner (2009), p. 50-51 [] [] []
  20. TIP, § 9 []
  21. Chris Bennett, Queen Karimala, Daughter of Osochor? (1999); volgens een samenvatting op de Engelse Wikipedia, artikel Karimala. De paper kon ik nergens vinden. []
  22. Fragment 33, in Ritner (2009), p. 60 []
  23. Krauss (2015), p. 363 []
  24. Krauss (2015), p. 343-345 []
  25. Edward F. Wente, review van The Third Intermediate Period in Egypt (1100-650 B.C.). By Kenneth A. Kitchen. in Journal of Near Eastern Studies, vol. 35 no. 4. (oktober 1976), p. 278 []
  26. Gautschy (2015), p. 83 []
  27. K. A. Kitchen, On the Reliability of the Old Testament (2003), p. 109-110 []
  28. Frédéric Payraudeau, Karnak Priestly Annals, fragment P/Block Karnak 94, CL 2149, in Bulletin de l’institut français d’archéologie orientale, Tome 108 (2008), p. 294 []
  29. Aidan Dodson, Psusennes II and Shoshenq I, in Journal of Egyptian Archaeology 79 (1993), p. 267-269 []
  30. Aidan Dodson, The Transition Between the 21st and 22nd Dynasties Revisited, in The Libyan Period in Egypt: historical and cultural studies into the 21th – 24th Dynasties (2009), p. 103-104 []
  31. AEC, p. 222 []

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *