De staf van Aäron eet de staven van farao’s magiërs, uit de Sister Haggadah van omstreeks 1350 n.Chr. 1
Inleiding
Er kan veel gezegd worden over de farao van de exodus. Over zijn karakter, zijn land en Tegenstander, en zijn verdrinking. Er is eindeloos veel over hem geschreven door eindeloos veel mensen, en sinds het internet is dat alleen maar toegenomen. Maar wie was hij? Is het mogelijk om hem te identificeren met een van de bekende koningen?
Iedereen die over het oude Egypte en de Bijbel schrijft komt met een mogelijke naam. Tegelijk is de vraag naar de identiteit van de farao van de exodus een van de moeilijkste vragen. Juist omdat Mozes niet heel specifiek over hem schrijft en de chronologie van Egypte met een beetje moeite zo bij te sturen is, soms naar het gewenste resultaat en, gelukkig vaker, naar een serieuze rivisie, komen er vele kandidaten voorbij. Amenemhat IV (1475-1466), Merneferre Ay (ca.1385-1361), Amenhotep II (1178-1152), Amenhotep III (1142-1105), Tutankhamun (1082-1073), Ramses II (1043-977) en Merenptah (977-968) zijn maar een greep uit de mogelijkheden. Maar zoals mijn dateringen van deze koningen al laten zien denk ik aan een ander.
De laatste jaren dacht ik aan onder andere Amenemhat IV, Merneferre Ay en Khendjer (1447-ca.1442). Maar verder onderzoek leerde me dat zij het niet kùnnen zijn, omdat er een betere kandidaat is – een koning die nog onbekender is dan Khendjer, maar aan redelijk wat van de eisen kan voldoen. Het gaat om Nehesy I uit dynastie XIV. Hij is bekend van een paar scarabeeën, een monument uit Avaris en een vermelding in de Turin Canon, die op minstens twee manieren te lezen is. In de standaardchronologie is hij alleen ongeveer te dateren is. In mijn op de Bijbel gebaseerde chronologie is hij, los van de mogelijkheid dat hij de farao van de exodus is, dankzij alle gegevens van de koningen uit zijn tijd uitstekend te plaatsen rond de exodus. Zie daarvoor de introductie op mijn posts over de exodus, en de pagina’s van dynastieën XII, XIII, XIV en XV voor de details.
In deze post hoop ik te laten zien dat er genoeg in de Bijbel staat om Nehesy als farao van de exodus te kunnen identificeren. De connectie met Nehesy heb ik nergens anders gezien, maar toen alle andere genoemde kandidaten voor mij afvielen en ik een beetje verbaasd aan het lezen was, viel me ineens iets op aan dynastie XIV.
Een groot deel van de precieze argumenten staat op andere posts van dit blog. Deze post is nu al lang en wordt anders veel te uitgebreid.
Het paleis
Zijn paleis stond in de buurt van Gosen, het gebied van de Israëlieten. Vlak voor de steekvliegenplaag zei God tegen Mozes: “Sta morgen vroeg op en ga voor de farao staan. Zie, wanneer hij naar het water toe gaat, moet u tegen hem zeggen: Zo zegt de HEERE: Laat Mijn volk gaan, zodat zij Mij kunnen dienen.” (Ex 8:20) Het paleis lag dus op maximaal één lange dagreis afstand van Gosen. Het stond niet in Gosen, want dat werd afgezonderd voor onder andere deze plaag (vers 22), die wel het huis van de farao trof (vers 24).
Het stond mogelijk wel vlak bij Gosen. Na de negende plaag wou de farao Mozes niet zien, ook al bestond dat risico wel: “Wees op uw hoede, dat u mij niet nog eens onder ogen komt, want op de dag dat u mij onder ogen komt, zult u sterven!” (Ex 10:28) Dat past bij een ander gedeelte. Toen Mozes en Aäron voor de eerste keer voor hem stonden en hij de slavernij meteen verzwaarde (Ex 5:1-9), klaagden de voormannen van de Israëlieten klaagden daarover bij hem. “Toen zij bij de farao weggingen, troffen zij Mozes en Aäron aan, die hen op stonden te wachten.” (vers 20) Mozes en Aäron wisten dat de voormannen daar waren, maar waren niet met hen mee gereisd.
Iets ten noorden van Gosen ligt Avaris, een stad die in de Bijbel Raämses heet en door Israël werd gebouwd (Ex 1:11). Manfred Bietak heeft aangetoond dat hier voor dynastie XV, waarvan de eerste koning Salitis (1445-1436) was, een andere dynastie heerste. Er is een steenblok gevonden met de naam Aa[…]re Nehesy, en een ander met de naan Neh[esy]. 2
Deze twee steenblokken, kalkstenen deurpotsen, zijn gevonden in kuilen van bijna de laatste strata (bewoningslagen) van Avaris, A/2 en B, maar het enige belangrijke bouwwerk in dit gebied was Temple III. Deze werd gebouwd in stratum F. 3 Dat is de goede tijd; in het volgende stratum, E/3, is een scarabee met de naam Sobekhotep gevonden 3, die door de chronologie alleen Sekhemre Sewadjtawy Sobekhotep (ca.1432-1428) kan zijn, en stratum E/2 is toe te schrijven aan Khyan (1422-1385).
De chronologie
Vanuit de Bijbelse chronologie kan berekend worden dat de exodus in 1446 was. Om precies te zijn vertrokken de Israëlieten op de 15e dag van de 1e maand uit Gosen (Num 33:3), 25 maart 1446. Op de Egyptische kalender was dit IV peret 8.
Kim Ryholt geeft de namen van Nehesy’s voorgangers, waaronder Nehey’s waarschijnlijke vader, Sheshi. 4 Zij kunnen prima geplaatst worden in Manetho’s 184 jaar voor dynastie XIV, zolang ze regeerden tussen ca.1474-1290. Van deze voorgangers zijn geen monumenten bekend. Wel zijn er 610 scarabeeën met hun namen erop gevonden 5, tegenover de 980 voor het totaal aantal scarabeeën van zowel XIV als XV 6, een enorm aantal. Als je kijkt naar de chaos die ontstond na de exodus moeten ze wel daarvoor hebben geregeerd. Sheshi kan bovendien dankzij een vondst van een scarabee tegelijk met de koningen Djedkheperu en Khabau van dynastie XIII worden geplaatst; zij regeerden slechts kort, samen misschien maximaal een jaar, kort voor 1451, maar minstens 11 koningen na ca.1461.
Deze jaartallen zijn berekend met dank aan een feest onder Amenemhat Sobekhotep (1451-1447) waarvan de datum afhankelijk was van de stand van de maan, in combinatie met de bijna 50 van dit soort feestdatums uit de tijd van Senusret III (1537-1499) en Amenemhat III (1518-1470), mijn chronologie van het Nieuwe Rijk en een heleboel andere zaken. Het is te veel om dat allemaal samen te vatten, maar het is niet zomaar uit de lucht gegrepen.
Als Sheshi in ieder geval ca.1453 regeerde, kan Nehesy tijdens de exodus hebben geheerst.
De oudste zoon
In de tiende plaag trof God alle eerstgeborenen van Egypte, waaronder de eerstgeborene van de farao, de troonopvolger (Ex 11:5, 12:29). Maar de farao overleefde deze plaag en was daarom minstens het tweede kind.
De 21 scarabeeën waarop kroonprins Nehesy worden genoemd komen uit de tijd van Sheshi, uit wiens tijd ook de 46 scarabeeën van een andere kroonprins, Ipqu, bekend zijn; Ryholt concludeert dat Ipqu vroeg moet zijn gestorven en Nehesy hun vader opvolgde. 7 De naam Nehesy betekent “de Cusjiet”, wat uit te leggen is als hij de zoon was van koningin Tati, wiens naam Cusjitisch is en van wie 11 scarabeeën ook uit Sheshi’s tijd komen. 8
Als Nehesy de gezochte farao was is het mogelijk om de naam van zijn gestorven eerstgeboren zoon te vinden. Op 1 van de 7 scarabeeën waarop een koningszoon Seket wordt vermeld staat in één daarvan zijn naam in een cartouche, net als 7 van de 11 scarabeeën van Tati, en 1 van de 21 van kroonprins Nehesy. Ook andere kenmerken van zijn scarabeeën plaatsen Seket in hun tijd. 9 Van de bekende koningszonen uit deze periode zijn er slechts drie, Ipqu, Nehesy en Seket, die de titel Oudste koningszoon van Re hadden. Waarom er “van Re” bij stond is onbekend, maar het plaast hem bij Nehesy en diens broer – en het belangrijkste, Seket was een oudste koningszoon. 10
De opperheer van Egypte
In de tijd van de exodus regeerden er meerdere koningen in Egypte (Ps 105:30). Er staat alleen dat God geëerd zou worden ten koste van de farao die de tien plagen over zich heen had gekregen (Ex 14:17-18), dus hij zal geen lokale koning, maar een serieuze machthebber zijn. Hij zal minstens de macht hebben gehad in de Delta, want in zijn land woonden de Israëlieten (Ex 11:10) en na een opdracht van hem zochten zij door “heel het land Egypte” om stro te vinden voor het maken van bakstenen (Ex 5:12).

Uit Sheshi’s tijd komen in totaal 591 scarabeeën, tegenover de 980 voor dynastieën XIV èn XV. Het kan betekenen dat hij lang en stabiel regeerde. 6 Sheshi’s scarabeeën zijn door heel Egypte gevonden, net als in Cusj en Kanaän; zie de kaart. Omdat hij in de tijd van Khabau en Djedkheperu regeerde dateert zijn grootste macht van na de val van dynastie XII in 1462, toen in XIII Qemau Siharnedjheritef regeerde; van Qemaus opvolgers is nauwelijks iets bekend. Sheshi zal in die tijd de opperheer van Egypte zijn geweest. Nehesy kan als zijn opvolger die macht van hem hebben geërfd. Dat van Nehesy slechts 2 scarabeeën bekend zijn 5 zal betekenen dat hij, na de rijkdom aan scarabeeën uit zijn vaders tijd, slechts heel kort regeerde.
Paarden in Egypte
Het leger van de farao van de exodus bestond volledig uit paarden en strijdwagens met bemanning. Die paarden zijn een belangrijke aanwijzing, want ze plaatsen hem op zijn vroegst aan het einde van het Middenrijk. Ook geeft het hem een connectie met de Hyksos.
Toen de farao de Israëlieten achterna joeg nam hij “zeshonderd van de beste strijdwagens mee, ja, alle strijdwagens van Egypte” (Ex 14:7). Hij was was op dat moment kennelijk de enige koning in Egypte met strijdwagens, wat hem ook helemaal aan het begin van de Tweede Tussenperiode plaatst.
Het oudst bekende paard in Egypte is gevonden in Avaris en komt uit de tijd van Khyan 12 (1422-1385), de derde koning van XV. Dat is slechts een paar decennia na de familie van Nehesy. Deze werd in Avaris opgevolgd door Khyans dynastie.
Een niet-Egyptenaar
Uit Richteren 6:7-10 en 10:11-12 is te concluderen dat de farao van de exodus, de laatste koning die de Israëlieten in Egypte onderdrukte, geen Egyptenaar was, maar mogelijk een Amoriet.
Dat past in Nehesy’s tijd. In ieder geval aan het einde van de onderdrukking woonden er Kanaänieten en Amorieten in het gebied van de Israëlieten. Hyksos, de naam die de koningen van XV zichzelf gaven, betekent heerser van onbekende landen. 13 Nehesy’s dynastie noemde zich niet zo. Daarentegen zijn hun nomens duidelijk niet Egyptisch.
De ineenstorting van Egypte
De exodus betekende het einde van een bloeiperiode van Egypte, die alleen het Middenrijk kan zijn. Dat de farao van de exodus als enige koning paarden in zijn leger had is daar een extra aanwijzing voor.
Sheshi had een hoop macht in Egypte en de landen daarbuiten, maar als Nehesy slechts een paar maanden regeerde en de farao van de exodus was, moest Sheshi die macht aan het eind van zijn regering al delen met Amenemhat Sobekhotep (1451-1447). Amenemhat Sobekhotep was de eerste opvolger van Qemau Siharnedjheritef die dynastie XIII waarvan wat meer bekend is. Zijn opvolger Khendjer regeerde tijdens de exodus (1447-ca.1442), en ondanks de binnenvallende boogschutters uit de woestijn bleef hij redelijk op zijn plek zitten. Het is dan ook mogelijk dat de boogschutters vooral de Delta troffen. Van Khendjer is namelijk nog wel iets bekend.
Nehesy daarentegen raakte alle macht kwijt. Tegenover alle 591 scarabeeën uit zijn vaders tijd 6 zijn er van hem slechts 2 bekend 5. Zijn vele opvolgers zijn nauwelijks meer dan schaduwen, die zo weinig macht hebben dat er slechts een paar buiten de Turin Canon om bekend zijn. Er moet iets gebeurd zijn waardoor de dynastie haar macht kwijtraakte. Als je kijkt naar de rijkdom aan scarabeeën van voor Nehesy’s tijd was dat vroeg aan het begin van zijn regering.
De verdrinking van de farao
Er wordt algemeen gedacht dat de farao van de exodus is verdronken in de Schelfzee, maar dat hoeft niet zo te zijn.
Over of van Nehesy is voor zover mij bekend geen enkele tekst bekend, de twee keer dat zijn naam vermeld is in Avaris zijn alleen delen van die naam bewaard gebleven, dus dit is niet te controleren. Wel is bekend dat deze namen zijn gevonden in de buurt van Temple III, en dat hij die gebouwd kan hebben, of minstens verbouwd. 3 Dat zal langer hebben geduurd dan een paar maand. Het betekent dat als hij de farao van de exodus was en het grote rijk van Sheshi erfde, en toch slechts 2 scarabeeën had, hij de exodus overleefd moet hebben.
Als de Turin Canon Nehesy inderdaad een jaar of meer geeft, misschien wel een paar jaar, is dat een extra aanwijzing dat hij de exodus overleefde. In dat geval regeerde hij uiterlijk tot in 1445 Salitis, de eerste koning van dynastie XV, in Avaris gekroond werd. Volgens Josephus herbouwde Salitis de stad toen: “In the Saïte nome he (Salitis) found a city very favourably situated on the east of the Bubastite branch of the Nile, and called Auaris after an ancient religious tradition. This place he rebuilt and fortified with massive walls”.
Conclusie
Voor zover ik kan zien zijn er acht voorwaarden waar elke kandidaat voor de farao van de exodus aan moet voldoen. Nehesy voldoet aan acht van de acht:
- Nehesy regeerde net als de farao vlak bij Gosen.
- Als Sheshi in ieder geval ca.1453 regeerde, past Nehesy in de goede tijd.
- Nehesy was net als de farao niet de oudste zoon.
- Nehesy kan de centrale macht in Egypte van zijn vader hebben overgenomen; de farao had ook die centrale macht, of minstens de grootste macht in de Delta.
- Nehesy was een Kanaäniet of Amoriet, de farao een niet-Egyptenaar.
- Nehesy kan net als de farao paarden in zijn leger hebben gehad.
- Zowel na Nehesy’s tijd als die van de farao stortte Egypte in elkaar.
- De farao overleefde de verdrinking, Nehesy overleefde waarschijnlijk de ineenstorting van zijn rijk, tot hij in 1445 alsnog onttroond werd.
Acht van de acht eisen kloppen voor Nehesy, of zijn in ieder geval niet onmogelijk voor hem. De enige andere koning die aan deze acht eisen voldoet is zijn vader Sheshi. Dat past zolang Seket niet Nehesy’s zoon was, maar Sheshi’s oudere broer. Daarentegen is er de rijkdom aan scarabeeën uit Sheshi’s tijd. Omdat er slechts twee scarabeeën van Nehesy bekend zijn, terwijl hij wel een tijd regeerde, is de instorting van het rijk aan het begin van zijn regering te plaatsen.
Het is daarom dat ik Nehesy voorstel als de farao van de exodus.
laatste wijziging: 18 oktober 2022
- By Unknown author, Public Domain, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=76798164[↩]
- Manfred Bietak, Zum Königreich des ‘3-sḥ-R‘ Neḥesi, in Studien zur Altägyptischen Kultur, Band 11 – 1984, p. 59-75[↩]
- Manfred Bitak, Egypt and Canaan During the Middle Bronze Age, in Bulletin of the American Schools of Oriental Research, No. 281, Egypt and Canaan in the Bronze Age (Feb., 1991), p. 51[↩][↩][↩]
- Ryholt (2012), p. 110[↩]
- Ryholt (2018), p. 240[↩][↩][↩]
- Ryholt (2018), p. 267[↩][↩][↩]
- Ryholt (2018), p. 258-259, 260[↩]
- Kim Ryholt, The Political Situation in Egypt during the Second Intermediate Period, c. 1800 – 1550 BC (1997), p. 253, geciteerd op Wikipedia[↩]
- Ryholt (2018), p. 257[↩]
- Ryholt (2018), p. 256[↩]
- By Iry-Hor, CC BY-SA 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=44402296[↩]
- Josef Wegner, A royal necropolis at South Abydos – New Light on Egypt’s Second Intermediate Period, in Near Eastern Archaeology, Vol. 78, No. 2 (June 2015), p. 75[↩]
- AEC, p. 192[↩]