Achtergrond

Inleiding

Op het moment gaat deze pagina over jaartallen, kalenders, waaronder de Egyptische, de verschillende namen van de Midden-Bronstijd en Egyptische namen van gebieden in het Midden-Oosten. Dit zijn dingen die ik meestal niet uitleg op de rest van het blog.

Jaartallen

Alle jaartallen op dit blog, behalve die van WordPress, in citaten en waar aangegeven, zijn voor Christus. Ze tellen dus af (na 1446 komt 1445) in plaats van op.

Als u wil weten hoelang iets geleden is telt u het jaartal v.Chr. op bij het huidige jaartal, en haalt u daar 1 vanaf. Het jaar 0 bestond namelijk niet, 1 n.Chr. komt direct na 1 v.Chr.; dit is misschien wel de enige keer dat 1 en 1 geen 2 is, maar 1. 1446 v.Chr., het jaar van de exodus, is op dit moment (2021 n.Chr.) dus 1446 + 2021 – 1 = 3466 jaar geleden.

Het jaar begon voor onze jaartelling bijna nooit op 1 januari, want er werden andere kalenders gebruikt. Het vierde jaar van Salomo bijvoorbeeld begon op 30 september 968 en eindigde op 18 september 967; zo’n periode wordt meestal weergegeven als 968/7. De enige uitzonderingen hierop zijn de jaren op de Oud-Assyrische maankalender, die begonnen rond de winterzonnewende en, omdat een maankalender nooit precies is, regelmatig rond 1 januari begon, en de Egyptische jaren. Deze telde precies 365 dagen, maar had geen schrikkeldagen, dus elke 4 jaar verschoof deze een dag. In 1984-1981 en 524-521 viel het Egyptische nieuwjaar precies op 1 januari.

Egyptische gebiedsnamen

Setjet was de naam van al het land ten noorden van Egypte. Het wordt meestal vertaald met Azië en de bewoners met Aziaten (in het Engels Asiatics, wat eigenlijk Aziatischen moet zijn, maar ik vind de naam Aziaten mooier).

Retjenu (soms Retenu) is de Egyptische naam voor het gebied Israël-Syrië, tot en met de regio van de Orontes-rivier. Het werd in ieder geval tijdens het Nieuwe Rijk regelmatig verdeeld in Boven-Retjenu, de bergen van Libanon en zuidelijk Syrië tot en met de rivier Orontes, en Beneden-Retjenu, alles ten zuiden daarvan.

Zoals de namen al zeggen lag Boven-Retjenu hoger dan Beneden-Retjenu. Datzelfde geldt voor Boven-Egypte, het hogere zuiden van het land, en Beneden-Egypte, het lager gelegen noorden, en voor Boven- en Beneden-Cusj.

Djahy is volgens Wikipedia een andere naam voor het zuiden van Retjenu. Dit is het gebied tussen Askelon en de Libanon, en in het binnenland tot en met Galilea. In dit gebied bleven volgens Richteren 1:27-36 na Jozua’s verovering van Kanaän (1406-1401) de Kanaänitische volken bleven wonen. Volgens Betsy Bryan is Djahy een naam voor Syrië. 1. Daarentegen wordt het in de tijd van Seti I (1052-1043) gebruikt voor Israël en zal het een naam zijn voor zuidelijk Retjenu.

Kharu is Libanon, maar ook de kuststrook van Israël, minstens tot en met Gezer. In in ieder geval het Nieuwe Rijk was Kharu het gebied de Kanaänieten, die in de tijd van de richteren ten (noord)westen van Israël woonden (Richt 1:27-36). De connectie tussen Kharu en Kanaänieten komt door Gezer; zie hier.

Persoons- en plaatsnamen

Op de Bijbelse personen na staan bijna alle persoonsnamen op dit blog in de Engelse spelling. Dat komt omdat de meeste bronnen in het Engels zijn gepubliceerd, en ik daaraan gewend ben geraakt. Daarom schrijf ik bijvoorbeeld Hatshepsut en niet Hatsjepsoet. Een uitzondering daarop is weer Ramses, wat in het Engels Ramesses is, en in het Egyptisch, waar ze geen klinkers hadden, op minstens drie manieren gespeld kan worden: R‘-ms-sw (Ramessu), R‘-ms-s (Rameses) en R‘-ms-ss (Ramesses) 2. Ramses is namelijk de spelling die ik al voor het onderzoek kende.

Er zijn meerdere manieren om de Egyptische namen in het Engels op te schrijven, waarvan de huidige methode de meest letterlijke is; in de vorige eeuw werden verschillende letters weggelaten in de transcriptie. Djedkhonsuiuefankh bijvoorbeeld was toen Djedkhonsefankh. Omdat niet iedereen dezelfde methode gebruikt is het soms lastig zoeken naar een bepaalde persoon. Eenzelfde probleem bestaat in de archeologie van Israël, waar de Arabische en Hebreeuwse namen van verschillende ruïnes vaak net iets anders getranscribeerd worden naar onze letters dan elders. Het is hierom helaas niet te voorkomen dat op dit blog verschillende methodes door elkaar heen worden gebruikt.

De Midden-Bronstijd

In een latere fase van het onderzoek kwam ik uit bij de archeologie van Israël. Daar stuitte ik op het probleem dat de verschillende fases van de Midden-Bronstijd soms een andere benaming krijgen dan elders. Omdat historici niet altijd duidelijk zijn over welk systeem ze gebruiken is het mogelijk dat ik me een enkele keer heb vergist. De verschillende benamingen zijn:

  • Midden-Bronstijd I = Vroege Bronstijd IV = Intermediate Bronze Age
  • Midden-Bronstijd IIA = Midden-Bronstijd I
  • Midden-Bronstijd IIB = Midden-Bronstijd II
  • Midden-Bronstijd IIC = Midden-Bronstijd III

Ik heb de indruk dat in het linkersysteem, het oudere van de twee, de term Midden-Bronstijd II soms wordt gebruikt voor heel de periodes IIA tot en met IIC, maar misschien vergis ik me. Om het nog leuker te maken wordt de Midden-Bronstijd IIC soms samengevoegd met IIB, of gekoppeld aan de Late Bronstijd IA. (Hiernaast bestaat een aantal andere, oudere, systemen, maar die worden alleen nog in literatuur uit die tijd gebruikt.)

Over het algemeen geldt, hoe verder naar het verleden, hoe langer de verschillende archeologische periodes lijken te duren. Ik ga ervanuit dat de standaardchronologie ingekort moet worden, en dan geldt: hoe verder terug, hoe langer de periodes zijn opgerekt. Om het in andere woorden te zeggen: hoe verder terug, hoe meer er moet worden ingekort om aan te kunnen sluiten bij de Bijbelse tijdlijn. Op dit moment is het vroegste archeologische tijdperk dat aan te haken is aan de Bijbelse tijdlijn, de Vroege Bronstijd IB. Dit is de tijd van Sodom en Gomorra, en daarmee van Abraham (2067). In de standaardchronologie eindigt dit tijdperk rond 3000; het verschil is ongeveer 900 jaar.

De gebruikte kalender

De huidige kalender bestaat nog maar sinds 1582 n.Chr., maar het is een aanpassing van een kalender die al voor de christelijke jaartelling werd gebruikt. Dat is de Juliaanse kalender. Deze is net als de maand juli en de woorden keizer en tsaar, vernoemd naar Julius Caesar. Deze wordt meestal gebruikt voor dateringen in het verre verleden. Hoe verder je naar het verleden gaat, hoe groter het verschil is met de huidige kalender. In de 11e eeuw, de tijd van Samuel en Saul, scheelt het 10 dagen. 15 juni op de huidige kalender is in die eeuw 25 juni op de Juliaanse. In de 21e eeuw, de tijd van Abraham, is dat verschil opgelopen tot 17 dagen. In die eeuw is 15 juni op de huidige kalender 2 juli. Dat komt misschien onhandig over, maar ik heb hiervoor gekozen omdat bijna al mijn bronnen de Juliaanse kalender gebruiken.

Met deze rekenmachine kan een datum worden omrekend naar de huidige kalender.

De Egyptische kalenders

De Egyptenaren hadden een unieke kalender. Een jaar bestond uit 3 seizoenen, akhet, peret en shemu, ofwel overstroming, zaaitijd en oogsttijd. Ooit liep de kalender waarschijnlijk gelijk aan de Nijl 3; deze overstroming begon meestal in mei-juni op de huidige kalender. Als de Nijl rond september weer zakte was het land vruchtbaar geworden, en kon er gezaaid en geoogst worden.

Alle drie seizoenen waren verdeeld in 4 maanden van 30 dagen. Na de dertigste dag van de vierde maand van shemu (IV shemu 30) volgen nog 5 extra dagen, de epagomenen, de geboortedagen van vijf van hun goden. Samen is dat 365 dagen.

365 dagen is bijna precies een zonnejaar. Elke vier jaar, op een juliaans schrikkeljaar, schoof het jaar dan ook een dag op. Na 100 jaar viel nieuwjaar, de eerste dag van de eerste maand van akhet (I akhet 1), 25 dagen eerder. Na 1460 zonnejaren was de cirkel weer rond en viel nieuwjaar op dezelfde dag als 1461 Egyptische jaren eerder. Dit maakt de kalender perfect voor een chronologie. Verschillende datums van feesten en festivals waren afhankelijk van de stand van de maan. Als de Egyptische datum bekend is, de precieze dag in de maancyclus en de farao ongeveer gedateerd kan worden, kan de datum eenvoudig worden omgerekend en vergeleken met de tabellen van de maanstanden.

Naast de civiele kalender bestond er een religieuze kalender. Deze was ook verdeeld in drie seizoenen met elk vier maanden, maar het verschil is dat elke maand begon met de volgende nieuwe maan. Dit is anders dan de andere kalenders van het oude Midden-Oosten, inclusief die van Israël en Babylon, waarbij de maand begon op de dag dat de nieuwe maansikkel zichtbaar werd. Een jaar duurt op deze kalenders ongeveer 354 dagen. De epagomenen werden niet meegerekend, maar net als in Israël en Babylon werd er regelmatig een schrikkelmaand toegevoegd om het jaar weer gelijk te laten lopen met het zonnejaar. Deze kalender wordt op dit blog alleen genoemd voor de paar keer dat bekend is wat een datum op de religieuze kalender op de civiele kalender was. Uit mijn hoofd gezegd is dat twee keer.

laatste wijziging: 18 oktober 2024

  1. Betsy Bryan, The Reign of Thutmose IV (1991), p. 153[]
  2. Anthony Spalinger, The Great Dedicatory Inscription of Ramesses II, A Solar-Osirian Tractate at Abydos (2009), p. 92[]
  3. Marshall Clagett, Ancient Egyptian Science, Volume II: Calendars, Clocks, and Astronomy (1995), p. 4[]